In de voorgaande hoofdstukken is aan de orde gekomen hoe de coronacrisis invloed heeft op de voorjaarsnotaposten waaronder gemeentefonds, belastingen, dividenden en weerstandsvermogen. De impact van de coronacrisis gaat echter veel verder dan deze algemene posten. Daarom zijn een maatschappelijke en een financiële impactanalyse opgesteld. Beide impactanalyses zijn een inschatting van de stand van zaken op dit moment en geen vaststaande feiten. Op basis van de daadwerkelijke ontwikkelingen worden beide analyses het komende jaar periodiek bijgesteld.
De financiële impactanalyse laat zien dat de gemeente hard wordt geraakt. De geanalyseerde effecten voor 2020 en 2021 uit de analyse zijn hieronder in beeld gebracht. Het is nog te vroeg om een betrouwbare inschatting voor de middellange termijn te maken. Er zijn twee totaaltellingen. Een telling van alle effecten van de analyse en een telling zonder de effecten uit de analyse die al in de voorjaarsnota zijn verwerkt. De posten uit de analyse die al in de voorjaarsnota budgettair aan bod komen zijn: lagere parkeer- en toeristenbelasting en een lager dividend HTM.
Financiële impactanalyse | 2020 | 2021 | ||
---|---|---|---|---|
Bedragen in € mln. | Min. | Max. | Min. | Max |
1. Onvermijdelijk, ten laste van gemeente | € -13,9 | € -19,7 | € -4,2 | € -7,9 |
2. Onvermijdelijk, maar met compensatie van het rijk | € -56,9 | € -92,6 | € -26,5 | € -52,3 |
3. Op basis van gemeentelijk beleid, geen compensatie van het rijk | € -1,8 | € -8,8 | € -8,0 | € -11,0 |
4. Op basis van gemeentelijk beleid, maar met compensatie van het rijk | € -9,1 | € -9,8 | € - | € - |
Totaal | € -81,6 | € -130,9 | € -38,7 | € -71,2 |
Effecten buiten de voorjaarsnota | € -51,9 | € -94,2 | € -36,7 | € -64,2 |
De uitkomst kan niet worden gezien als een vaststaand feit, daarvoor zijn er nog te veel onzekerheden over de ontwikkelingen in de nabije toekomst. In die zin is sprake van een momentopname. Wel hebben we met deze analyse een herkenbaar en onderbouwd ankerpunt voor het vervolg. Voor het oplossen van het tekort is een rijksbijdrage onontbeerlijk. De gemeente is in G4 en in VNG-verband hierover in gesprek met het Rijk. Een uitkomst is er deels; zie de brief van de minister van BZK aan de tweede kamer over compensatiepakket coronacrisis medeoverheden (28 mei 2020). Onze lobby is erop gericht dat kosten zoveel als mogelijk worden gecompenseerd door het rijk. Het spreekt voor zich dat naar mate inzichten verder uitharden en wijzigen, de analyse wordt bijgesteld en (sommige) PM-posten nader kunnen worden ingevuld. Deze analyse wordt daarom de komende tijd periodiek geactualiseerd.
Het college betrekt de uitkomsten van de financiële en de maatschappelijke impactanalyse samen met de voorjaarsnota bij de verdere begrotingsvoorbereiding. Onderdeel hiervan is uiteraard het nadere uitharden van de effecten van de begroting, evenals een nadere inschatting van de rijkscompensatie voor de coronacrisis. In de huidige categorisering houden we rekening dat driekwart van de kosten voor een volledige of gedeeltelijke rijksvergoeding in aanmerking komen. De uitkomsten van de gesprekken zijn bepalend voor de omvang van de gemeentelijke taakstelling. Ook zal in sommige gevallen (bij categorie 3 en 4) de gemeente zelf kunnen sturen in beleidsafwegingen waarmee de voor gemeente te maken kosten in enige mate beïnvloedbaar zijn. Met de ontwerpbegroting 2021-2024 worden in september de uitkomsten van dit proces ter besluitvorming aan de gemeenteraad voorgelegd.